wildgroei

AML - Gevolgen

Lichamelijke klachten en afwijkingen

Veel patiënten hebben vage klachten die het gevolg zijn van afwijkingen in het bloed tot wel drie maanden voor het stellen van de diagnose. Over het algemeen zijn deze klachten :

- vermoeidheid

- gewichtsverlies

- koorts zonder duidelijke redenen

- blauwe plekken of bloedingen

In het bloed wordt maar bij een kwart van de patiënten in eerste instantie een te groot aantal leukocyten gevonden.
Bij minder dan 5 % van de patiënten worden er geen leukemische cellen in het bloed teruggevonden.
Het aantal bloedplaatjes is meestal te laag.
Om een correcte diagnose te stellen moet het beenmerg onderzocht worden.

Psychische klachten

De lichamelijke problemen die met AML gepaard gaan, alsook met de behandeling ervan, kunnen ook hun weerslag hebben op de psyche van de patiënt. Zo kan het verlies aan energie leiden tot het frustrerend gevoel van "wel willen maar niet kunnen". Buitenstaanders begrijpen dit niet altijd en het is ook moeilijk uit te leggen omdat de patiënt zelf niet goed weet wat er juist aan de hand is en daardoor soms twijfelt aan zichzelf.

Sommige lichamelijke afwijkingen kunnen ook leiden tot afhankelijkheid van derden. Bovendien ondermijnt pijn het lichaam wat eveneens tot vermoeidheid kan leiden, maar ook tot gebrek aan eetlust, slaapstoornissen en zo oorzaak kan worden van een depressie.

De psychische gevolgen hebben ook te maken met gevoelens van angst en onzekerheid. Die zullen in meer of mindere mate de gedachten van de patiënt beïnvloeden en soms zelfs beheersen.

Heden en toekomst staan immers onder druk tengevolge van de onzekerheid en angst voor wat komen gaat: pijn, invaliditeit, lijden, afhankelijkheid? De confrontatie met AML veroorzaakt vanwege het verlies van zekerheden ook een rouwproces: de zekerheid van de gezondheid, van een lang leven, van een lichaam waarop men kan rekenen, is plots weg. Dit proces gaat dikwijls gepaard met gevoelens van ongeloof, boosheid en machteloosheid.

Rouwen is een soort "herkauwen" van de gevoelens die met de ziekte te maken hebben, tot ze verwerkt zijn. Hoe sterk het leven van de zieke door deze gevoelens wordt beheerst en hoe die ermee omgaat, wordt deels bepaald door zijn karakter - optimistisch of pessimistisch - en met zijn manier van overleven.

Daarom is het belangrijk dat de patiënt niet aarzelt om over deze problemen met zijn arts te praten, zodat die eventueel kan doorverwijzen naar een psychotherapeut, psycholoog, zelfhulpgroep of patiëntenvereniging.

De relatie tussen de patiënt met AML en zijn naaste omgeving - partner, kind, familielid of vriend - is eveneens van het grootste belang. Die moet zo harmonieus mogelijk verlopen. De basis hiervoor is wederzijds overleg. Communicatie is daarbij het sleutelwoord.

De patiënt kan eveneens terecht bij Wildgroei. Onze organisatie kan U mogelijk zonder opdringerig te zijn van dienst zijn. U ontmoet er lotgenoten, mensen die genezen zijn, mensen die vechten om te overleven.